Henry Purcell (Westminster, circa 1659 - Londen, 21 november 1695) was een Engelse componist van barokmuziek, wiens werk ook nu nog dikwijls wordt uitgevoerd en opgenomen. Zijn werk behoort tot het belangrijkste barokrepertoire. Hij was o.a. een leerling van de Engelse componist John Blow. Purcell schreef zowel kerkmuziek, toneelmuziek en instrumentale werken als liederen en (semi-)opera's.

Zijn werk vertoont een interessante versmelting van de oude Elizabethaanse koortraditie met 'nieuwe' Franse en Italiaanse invloeden. Purcell werd getraind als koorknaap in de Chapel Royal ten tijde van de Restoration onder koning Charles II, waar hij les kreeg van kapitein Henry Cooke, de jong gestorven Pelham Humfrey en John Blow. Met Blow had hij een levenslange vriendschapsband. Blow stond zijn post als organist van Westminster Abbey rond 1680 af aan Purcell, volgens onbetrouwbare bronnen omdat zijn leerling hem overtroffen had. Na de dood van Purcell nam Blow deze post opnieuw op zich, tot zijn eigen dood in 1708. De twee liggen niet ver van elkaar begraven in Westminster Abbey, nabij het orgel dat ze zelf bespeeld hebben.

Purcell werd een populair componist van welkomstliederen voor vorstelijke personen en lofzangen (odes), waarvan de eerste, Welcome, Viceregent of the Mighty King, reeds in 1680 geschreven werd. Hij schreef in 1685 een kroningsode voor de kroning van Jacobus II, My Heart is Inditing, en bespeelde het orgel tijdens de kroning van Willem en Mary in 1689. Van Purcell zijn slechts vier korte orgelwerken bekend, de zogenaamde voluntaries. Hij schreef één doorgecomponeerde kameropera, Dido and Aeneas, alsmede vijf semi-opera's, een term die door Roger North werd geïntroduceerd om te verwijzen naar een soort muziektheater waarin een compleet toneelstuk is verwerkt en die ook sterk beïnvloed is door de masque. Deze semi-opera's zijn The Prophetess, or the History of Dioclesian, King Arthur, or the British Worthy, The Fairy-Queen, The Indian Queen en vermoedelijk The Tempest, or the Enchanted Isle.

Dido and Aeneas op tekst van de Ier Nahum Tate, de latere Poet Laureate, wordt het vaakst uitgevoerd, soms in combinatie met een ander kort werk. Purcell schreef honderden liederen, waaronder vele op teksten van Abraham Cowley en een aantal van de jonge William Congreve, vele voor het eerst opgenomen door de countertenor Alfred Deller. Bovendien componeerde hij een groot aantal vaak obscene drinkliederen, de zogenaamde catches; hiervan is Pox on you het beruchtst, met de beroemde winden- en boerpartijen. Purcells samenwerking met de dichter John Dryden leidde tot buitengewoon indrukwekkende theaterproducties. Zo leverde deze de tekst voor de patriottische semi-opera King Arthur. In 1695, kort voor hij zelf overleed, schreef hij nog aangrijpende muziek voor de rouwdienst van Koningin Mary (Funeral music for Queen Mary). Zijn verschillende Odes for Saint Cecilia's Day, zoals Welcome to all the Pleasures en Hail! Bright Cecilia, genieten veel belangstelling en worden van al zijn odes het vaakst uitgevoerd. Het stralende Hail! Bright Cecilia bezit een voor die tijd uitgebreid aantal koperblazers en slagwerk.

De muziek die je hoort is de bekende "Trumpet tune and air".